Nu in de moestuin: aardappels poten in 5 stappen

Nu in de moestuin: aardappels poten in 5 stappen

0 reactie minuten lezen
We ontdekken steeds meer hoe belangrijk het is om te weten waar eigen voedsel vandaan komt. Moestuinieren wordt dan ook steeds populairder en de mogelijkheden om te kweken zijn heel breed. Eén van die groenten die je kunt kweken, zijn aardappels. Een relatief eenvoudig te kweken groente (of eigenlijk knol) en bruikbaar voor zoveel verschillende gerechten. Met de tips uit ons blog kun jij ook van start.

Verschillende soorten aardappels

Er zijn grofweg 2 soorten aardappels. Vroege en late. De vroege aardappels kun je poten in de maand april, de late kun je het beste in de maand mei mee beginnen. De vroege aardappels zijn gevoeliger voor ziektes, maar omdat je ze relatief vroeg rooit, voorkom je dat ze hiermee in aanraking komen. Ook geeft een vroege aardappelplant gemiddeld minder aardappels dan een late aardappel. Wil je dus een grotere oogst, kun je beter voor een laat ras kiezen. Wist je dat aardappels prima wat langer ondergronds kunnen blijven? Je hoeft dus alleen de aardappels te oogsten als je ze nodig hebt.

Hoe moet je aardappels poten?

Stap 1 – Bepaal de ondergrond

Eerst moet je kiezen waar je de aardappels gaat poten? Heb je kleigrond, dan is het misschien verstandig om gebruik te maken van een aardappelpriem om een gat op 5 centimeter diepte in de grond te maken. Heb je meer zandgrond, dan kun je gemakkelijker een gat maken. Doe dit in het laatste geval op ongeveer 10 centimeter diepte.

Stap 2 – Bepaal de ruimte

Ga je aan de slag op een groter oppervlak? Dan is het handig om goed ruimte in te schatten. De rijen moeten minimaal zo’n 50 centimeter uit elkaar liggen en in de rijen de aardappels weer 40 centimeter uit elkaar.  Vroege rassen hebben minder ruimte nodig, kies je voor een latere aardappel, dan is het zelfs verstandig om 70 centimeter aan te houden per rij.

Stap 3 – Wat doe je met scheuten?

Als je aardappels snel groeien en er scheuten zichtbaar zijn, is het aan te raden om deze weer snel met aarde te bedekken. Dit ter bescherming van nachtvorst en teveel licht. Door teveel licht komt er een giftige tof, solanine, vrij en dat maakt de aardappel niet meer eetbaar.

Stap 4 – De juiste verzorging en voldoende water

Aardappels houden van voldoende voeding en water. Zodra de grond dus droog wordt, is het verstandig om water te geven, waarbij regenwater het beste is. Compost uit eigen tuin bevat voldoende voeding. Zorg voor een relatief hoog kalium gehalte en laag stikstof gehalte en de aardappel is tevreden.

Stap 5 – Weinig ruimte?

Ook op je balkon of in de kleinere tuin kun je gemakkelijk een aardappelplant kweken. Poot in een kweetafel of speciale aardappelkweekbak maximaal 1 à 2 planten en afwachten maar. Ook hier geldt: zorg voor voldoende water!

Je ziet hoe eenvoudig het is om aardappels te poten, vooral geduld is een schone zaak. Rooien kan van ongeveer juli tot en met oktober en dan heb je er veel plezier van! Weet je niet goed welke aardappel je moet kiezen? Zelfs een oude aardappel die al scheuten heeft, kan al een goed resultaat opleveren. Succes!