Zorg voor voldoende nestmateriaal
Takjes, pluizen en bladeren gebruiken vogels om een nestje mee te bouwen. Haal dit dus niet weg uit je tuin! Laat het liggen, zodat de vogels het kunnen gebruiken. Planten en bomen zoals wilg of populier vormen pluisjes die vogels ook gebruiken om een nestje mee te bouwen. Als je deze in je tuin zet, zullen er dus ook meer vogels jouw tuin bezoeken.
Maak voldoende schuilplekken
Vogels verstoppen zich bij voorkeur op beschutte plekken, zoals heggen en coniferen. Inheemse struiken zoals hondsroos of meidoorn vormen ook een prima verstopplek en voorzien vogels ook van smakelijke bottels of bessen.
Plaats voldoende nestkasten
Tot slot is het heel zinvol om zelf plaatsen te creëren voor broedende vogels in de tuin. De nestkasten van De Wiltfang zijn in verschillende soorten en maten verkrijgbaar. In dit document lees je waar je op moet letten bij het kopen van een nestkast.
Het ophangen van een nestkast verdient ook de nodige aandacht:
- Hang de nestkasten niet te dicht bij elkaar. Voor verschillende soorten vogels is 3 meter aan te bevelen tussen de nestkasten en voor dezelfde soort vogels is 10 meter aan te raden.
- Hang de vliegopening van de nestkast naar het oosten.
- Hang de nestkast op minstens 1,2 meter hoogte.
- Vogels hebben even de tijd nodig om te wennen aan hun nieuwe ‘huis’, hang daarom in het najaar al een nestkastje op.
- Zorg dat de aanvliegroute vrij is.
- Als je meer dan 2 jaar achter elkaar geen vogels in de nestkast hebt, dan is het raadzaam om de kast te verplaatsen.